Fietsen?
Nee ik ga het niet hebben over de Tour de France, dat doet iedereen al en wat kan ik daar nou aan toevoegen, niets toch?
Trouwens zo’n hardfiets wedstrijdje trekt me ook niet, vroeger in ons dorpje hadden we dat ook elk jaar, iedereen moest meedoen, dat hoorde zo.
Ik moest het doen op de fiets van een van mijn broers, maar dat was wel een groot probleem, letterlijk want die fiets was hoger dan ik lang was. Ik kon als ik er naast stond net het stuur vasthouden, nou daar was ik lekker mee. Mijn vader leefde toen nog en die maakte in de werkplaats een paar klossen van hout die hij op de trappers monteerde.
Theoretisch moest ik nu op het zadel, dat in de laagste stand stond, de trappers kunnen rondtrappen. Maar nee hoor, zelfs als ik mijn, toen nog, tengere bibsje een beetje schuin opstelde konden mijn, toen nog, slanke pootjes er niet bij. Daarnaast was het vrijwel onmogelijk om met mijn, toen nog, dunne armpjes bij het stuur te komen, laat staan dat ik er enige richting aan kon geven.
Maar goed, ik moest meedoen dus met wat aanpassingen van het stuur, de pedalen en klossen extra onder mijn klompen, kon ik zowaar rechtuit ons dorpsstraatje inrijden. Ja rechtuit dus, maar ik wilde eigenlijk wel weer terug en pas aan het eind van het dorp, helemaal op het ‘noorden’ kon ik pas draaien! Dus op een plek waar geen huis stond waagde ik het er op en maakte en scherpe bocht naar rechts en de bedoeling was, toen nog, om daarna naar links af te buigen.
Zover kwam het niet want ik naderde met grote snelheid een grote struik rododendrons, die er, toen nog, stond. Die eerste klap kwam ik wel overheen, maar ik voelde de takken in mijn benen steken en het ging er op lijken dat ik de controle over het vehikel aan het verliezen was, o jee! Dat er achter de rododendron, wat een rot woord, een geit aan een ketting lag had ik in mijn engste dromen niet kunnen bevroeden.
Ik maakte een noodlanding, hoewel het meer een heuse crash leek. Tijdens het opkrabbelen kreeg ik plotsklaps een enorme dreun van iets scherps op mijn, toen nog, markante achterwerk. De geit, of was het een bok, had mijn onverwachte bezoek niet kunnen waarderen en liet dat pijnlijk weten. Ik ben met de fiets aan de hand terug gelopen naar ons huis, waar mijn broers en ouders stonden te lachen, net als pieten doen op een stoomboot, maar dan in december.
Gelukkig werd het plan om mij mee te laten doen met de jaarlijkse dorpswedstrijd afgeblazen en mocht ik weer gewoon op de autoped, toen nog, met echte luchtbanden, verder mijn vertier zoeken. U zal begrijpen dat ik daarom niet over fietsen wil schrijven deze week, heb er bijna traumatische ervaringen mee. Die tour naar Frankrijk, via een eilandje in Zeeland, overkwam ook ongeveer zoiets.
Ter hoogte van de minirotonde bij de Dorpsdijk en afslag centrum maakten enkele fietsers ook een achterwaartse salto met schroef, het werd een valpartij waarbij ik meteen aan rododendrons moest denken.
En ja, zelfs de step heeft er wat mee te maken, want de step der steppen komt in kunstzinnige vorm op die rotonde te staan. En het blijft link zo’n fiets, een dag later ging het helemaal fout in de tour, een kluwen metalen buizen en zwaaiende armen en benen en renners die kruipers werden. Nee, geef mij maar de step. Dat was pas veilig, toen nog wel.
Reacties: jk@ hoogvliet.org